Wally Tax
Amsterdam, 14 februari 1948 - aldaar, 10 april 2005)
was een Nederlandse zanger en componist.
Tax werd geboren als zoon van een Nederlandse vader en een
Oekraïense moeder die elkaar in een Duits werkkamp van
deArbeitseinsatz hadden leren kennen. Hij begon als zanger van de
Amsterdamse band The Outsiders, die hij op 12-jarige leeftijd oprichtte.
De eerste single "You mistreat me" kwam in 1965 uit. De bandleden van
het eerste uur waren, naast Tax: Ronny Splinter (sologitaar),Tom
Krabbendam (slaggitaar, eerder bij NV Groep 65), Appie Rammers
(basgitaar) en Leendert Busch (drums).
De groep brak door toen zij in het voorprogramma van The Rolling
Stones speelde. The Outsiders tekenden een platencontract bij Willem
Duys' label Relax, en hadden enkele hits achter elkaar: Lying all the time,
Keep on trying en Touch behaalden alle een top 10-notering. Ook in 1967 scoorden Tax en zijn band hit na hit. Monkey on
your back en Summer is here haalden de top-10. Wally Tax had in dat jaar ook twee solohits met I Sat And Thought And
Wondered Why (6 weken Top 40) en Let's Forget What I Said (8 weken Top 40).
Vrijwel alle hits van The Outsiders zijn gezongen in een even smeuïg als uniek Mokum-Engels. In 1968 ging het
bergafwaarts met de band. Tax en de andere bandleden werden het niet eens over hoe de band zich muzikaal moest
ontwikkelen en in 1969 ging de band uit elkaar. Tax richtte samen met Leendert Busch de band Taxfree op, maar die
samenwerking was geen lang leven beschoren. Al in 1971 scheidden hun wegen zich.
In 1973 ging Tax definitief solo. Hij scoorde vier hits in 1974, waaronder Miss Wonderful en It ain't no use. Dat jaar ontving
Tax deZilveren Harp. Zijn laatste hit als uitvoerend muzikant was in 1977 met Let's dance. Vanaf dat moment was Tax
actief als schrijver voor onder anderen Lee Towers (It's raining in my heart) en de band Champagne (Rock 'n'Roll Star, Oh
Me Oh My Goodbye en Valentino).
Tax was de levensgezel van publiciste Laurie Langenbach, die in 1984 overleed aan baarmoederhalskanker. Zij was in de
laatste jaren van haar leven in de ban geraakt van de macrobiotische goeroe Adelbert Nelissen, directeur van het Kushi-
Instituut. Nadat Roel van Duijneen strafklacht had ingediend tegen Nelissen, die Van Duijns voormalige echtgenote van
de reguliere geneeskunde zou hebben weggehouden, deed Tax op 20 oktober 1998 alsnog aangifte.
Na de dood van Langenbach ging het bergafwaarts met Tax. Gevraagd in een kaas-en-wijnwinkeltje in De Pijp of hij een
grote dan wel een kleine fles op het oog had, antwoordde Tax, die in de jaren zeventig met zijn zilveren kostuums zo'n
opzien baarde in de tram dat de controleur te verbouwereerd was om zijn "kaartje naar Mars" te controleren, "Ach, ooit
was ik groot en nu ...?".
De voormalig leden van The Outsiders waren in de jaren negentig van elkaar vervreemd en onderhielden geen contact
meer. Het project van Jerome Blanes om een officiële biografie te schrijven heeft de bandleden weer bij elkaar gebracht.
Gelijktijdig met de uitgave van de biografie ondernamen The Outsiders een grootscheepse reünie-tournee in 1997.
Tax overleed op 57-jarige leeftijd in zijn woning te Amsterdam. Na zijn dood vertelde een buurtbewoner aan AT5 dat Tax
vaak een klein bedrag bij hen kwam 'lenen'. Nooit een rond bedrag, maar immer het afgepaste bedrag dat hij tekort kwam
om een biertje te kunnen kopen. De buurtbewoners waren aan deze vorm van artiestenbelasting gewoon geraakt en
spraken onderling van "de Wally-taks".
Tax is begraven op de De Nieuwe Ooster in Amsterdam. Na een inzamelactie en een benefietconcert in Paradiso kon
precies een jaar na Tax' dood een grafmonument worden geplaatst. Het is vervaardigd door Meinbert van Soest en
bestaat uit een monumentaal blok steen met aan de linkerkant 'outsider' en rechts 'entertainer'. Op het blok steen staat
een kruis van gitaarhalzen.